
Zorgvisie
Onze zorgvisie
Wij hebben met onze VBS de Gulleboom een school voor ogen die met ZORG werkt voor de ontplooiing van elk kind.
Daarom zeggen we:
“We willen voor elk kind goed doen.
Juist daarom kunnen we niet voor ieder kind gelijk doen”.
Inleiding
Met dit document stellen we onze zorgvisie voor. Dit is een werkdocument waar we voortdurend kunnen bijsturen. We zijn ons bewust van de vele veranderingen, dit zowel op het vlak van onderwijs als in de maatschappij. We vinden het belangrijk om hierop te blijven inspelen.
Dit omdat “zorg” binnen onze school centraal staat zodat de ontplooiing van elke leerling kan gerealiseerd worden. Dit binnen de domeinen leren en studeren, onderwijsloopbaanbegeleiding, preventieve gezondheidszorg en psychisch en sociaal functioneren. Zorg heeft betrekking op alles, zit verweven in de schoolcultuur, in het pedagogisch- en didactisch handelen in de klas en in binnen- en buitenschoolse activiteiten.
Onze Katholieke basisschool “De Gulleboom” heeft meer dan gewone aandacht voor leerlingen die (groei)kansen dreigen te missen. Onze leerkrachten voelen zich verantwoordelijk voor alle leerlingen, hoe verschillend ook. We geloven in de groeikansen van elk kind en ondersteunen onze kinderen op alle vlakken.
Zorgvisie
Wij willen een school zijn waar kinderen zich goed voelen. Een school waar ze zich kunnen ontplooien vanuit een brede zorg en waar zij kunnen opgroeien en het beste uit zichzelf halen.
Elk kind staat bij ons centraal. We houden steeds rekening met de specifieke leer- en ontwikkelingskansen van elke leerling. We bouwen verder op wat de kinderen reeds beheersen, op hun talenten en op hun vele interesses. Om dit te bereiken zorgen we voor een krachtige leeromgeving. Voor de uitwerking van onze zorg proberen wij de uitgangspunten van handelingsgericht werken zoveel mogelijk centraal te stellen en gebruiken wij het zorgcontinuüm om de praktijk vorm te geven . We maken een zorgplan voor kinderen die zich in (fase 1 of ) fase 2 van het continuüm bevinden. Dit sturen we tijdens overlegmomenten bij, binnen onze grenzen van redelijke aanpassingen.
We houden rekening met de eigenheid van elk kind en kunnen hiervoor beroep doen op onze uitgebouwde zorgwerking. Deze situeert zich op verschillende niveaus (kind-leerkracht-school). Onze school probeert al het nodige te doen om het leertraject van de kinderen zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit doen we met een gemotiveerd team van leerkrachten, zorgcoördinator en directie die ter beschikking staan van de kinderen en hun ouders.
Ons verder professionaliseren via navorming, bijscholing, samenwerking en uitwisseling van expertise staan dan ook elk schooljaar hoog aangeschreven.
We maken deel uit van de scholengemeenschap “Guldenberg” waardoor de uitwisseling verder gaat dan onze schoolmuren.
De leerkracht is de spilfiguur van de zorgbrede werking in de klas. De leerkracht die de leerling dagdagelijks in de klas heeft, geeft de lijnen van de zorg aan. Hij/zij draagt de eindverantwoordelijkheid van de zorg.
We betrekken zoveel mogelijk ouders, CLB en andere externe diensten in de evaluatie van de leerling. Dit door voortdurend te reflecteren, te evalueren en te informeren.
We vinden het belangrijk om de drempel van onze school zo laag mogelijk te houden en staan open voor de inbreng van de ouders. Ook onze kleuters willen we zoveel mogelijk betrekken in het totale schoolgebeuren.
Aan de hand van ons leerlingvolgsysteem registreren we de groei en ontwikkeling van onze leerlingen. Bij deze observaties houden we rekening met alle ontwikkelingsvelden van het leerplan. We pogen om tijdig te signaleren wie extra zorg nodig heeft, gaan de zorgvragen analyseren en verfijnen. Bij de “uitbreiding van zorg” stellen we een zorgplan op om de nodige ondersteuning te duiden en toe te passen, om tenslotte te evalueren en indien nodig bij te sturen.
Zorg op 3 niveaus
Kindniveau
Zoals hierboven reeds vermeld staat elk kind centraal. Elk kind kan rekenen op zorg op maat. Hiervoor gaan we nauw opvolgen en observeren gedurende het hele schooljaar.
De onderwijsbehoeftes van het kind (én van de leerkracht) worden in kaart gebracht. Op deze manier kan er worden ingespeeld op de zorgvraag. Dit door aanpassingen (REDICODIS) in de klas door te voeren. In dit proces staat ook de communicatie met de ouder centraal.
Het proces wordt nauw opgevolgd door de zorgcoördinator, leerkracht en directie.
De begeleiding van het kind vindt zoveel mogelijk plaats in de klas. Het is echter ook mogelijk dat kinderen in een groepje samen worden gebracht, dit kan ook klasoverschrijdend (ATN).
We kiezen ervoor om anderstalige nieuwkomers, indien mogelijk, samen in een groepje te nemen om de basiswoordenschat aan te brengen. Indien mogelijk gaan we ook preteaching toepassen. Dit om het zelfvertrouwen bij deze kleuter te versterken. Op deze manier hopen we dat ze beter kunnen volgen in de klas en stellen we het welbevinden centraal.
Observaties/testing
Binnen de school gebeuren er ook enkele vaste observaties/testen. In de 3de kleuterklas worden de “Rekenbegrippen” in oktober afgenomen door de zorgcoördinator. Indien nodig wordt dit herhaald in mei/juni. De “Toeters” wordt niet meer standaard afgenomen enkel bij kinderen waarbij de leerkracht nog aanvullende info nodig heeft naast haar/zijn observaties. De observaties van de juf blijven een cruciale rol spelen.
Sinds september 2019 nemen we voor taalscreening ook de genormeerde test CITO af.
De resultaten van deze test en de dagelijkse observaties geven een goed beeld van de taalevolutie van elk kind.
Wanneer de leerkracht zich zorgen maakt, wordt er door de zorgcoördinator eventueel een “signaallijst” afgenomen of is er de mogelijkheid om de screening van “KWIK” samen met de juf te doorlopen.
De essentiële informatie en het zorgdossier wordt bijgehouden in “IKKLIK”.
De juffen kunnen er alles van hun kleuters invullen en opvolgen. De zorgcoördinator en directie hebben toegang tot alle klassen.
Leerkrachtniveau
De leerkracht kan telkens terecht bij de zorgcoördinator/directie indien er zorgen zijn omtrent een bepaalde leerling. De zorgcoördinator zal waar mogelijk de leerkracht hierbij ondersteunen of extern advies inwinnen. We besteden op regelmatige tijdstippen extra aandacht om ook de onderwijsbehoeftes van de leerkracht in kaart te brengen (leerkracht doet ertoe).
In alle klassen (muv de peuterklassen) wordt er een zorguur voorzien. Hierbij komt de ambulante leerkracht de klas ondersteunen. Daarnaast is er ook ondersteuning van de zorgcoördinator.
Drie à twee maal per jaar zijn er vaste overlegmomenten (MDT) waarin de volledige klas wordt besproken. Op deze manier valt geen enkele kleuter uit de boot. Tussendoor is er natuurlijk ook ruimte voor overleg.
Schoolniveau
Als school hebben wij ervoor gekozen om de ambulante uren, alsook een deel van de uren van de zorgcoördinator in te zetten voor zorg in de klas. Alles wordt bijgehouden in het observatiesysteem.
Ouderbetrokkenheid vinden we belangrijk omdat dit de drempel kan verlangen wanneer er problemen zijn. We zetten dan ook in om een zo open mogelijke communicatie met ouders. Hierbij hebben we oog voor gezinnen met een zwakkere sociaal – economische status.
Zorgcontinuüm in praktijk
bron: www.prodiagnostiek.be
Het zorgcontinuüm is een ondersteuning voor de school om zorg te bieden aan de leerlingen.
Binnen het zorgcontinuüm kunnen we vier fase onderscheiden namelijk:
fase 0: “Brede basiszorg”
fase 1: “Verhoogde zorg”
fase 2: “Uitbreiding van zorg”
fase 3: “Individueel Aangepast Curriculum (IAC)”.
Binnen fase 0 en 1 is de school de hoofdrolspeler. Het CLB kan hierin wel een ondersteunende rol spelen.
Vanaf fase 2 neemt het CLB deze rol over in nauwe samenwerking met school, ouders en leerlingen (indien mogelijk).
Doorheen deze verschillende fase gaan we de ouders betrekken zodat we op een constructieve en transparante manier werken.
Fase 0 : Brede Basiszorg
De eerste steen in de piramide is de “brede basiszorg”. Onmiddellijk een belangrijk vertrekpunt. In deze brede basis zullen de grootste groep kinderen zich bevinden. Onze school wil inzetten op een goed uitgebouwde “ brede basiszorg” zodat leerlingen niet snel de overstap naar de volgende fase moeten maken. Binnen deze fase werkt men als het ware preventief.
De leerkracht zorgt hier voor een krachtige leeromgeving die optimale onderwijskansen bieden voor alle leerlingen.
Na verschillende overlegmomenten met het volledige team komen onderstaande punten als sterk naar voor in onze leeromgeving:
=> het creëren van een veilig pedagogisch klimaat.
=> het geven van gerichte feedback en positief bekrachtigen van de kinderen.
=> aandacht voor de verschillen bij elke leerling.
=> zorgen voor een positief en veilig leerklimaat.
=> systematisch opvolgen van de leerlingen.
Volgende punten blijven we verder verfijnen en we zullen dan ook tijd investeren om deze aan te pakken :
=> het stellen van doelen, dit zowel op individueel niveau als op klasniveau. (gestart 2018)
=> het bewust worden dat we soms hoge verwachtingen stellen aan kinderen.
=> differentiëren naar de hoogte toe.
Fase 1: Verhoogde zorg
Wanneer het aanbieden van een krachtig leeromgeving (brede basiszorg) niet voldoende is kan er worden overgestapt naar verhoogde zorg.
In overleg kijken we welke aanpassingen er in de klaswerking kunnen gebeuren om de ontwikkeling van de leerling verder te stimuleren.
De leerkracht zal de leerling met extra zorg verder opvolgen. In deze fase kan het uurtje zorg gebruikt worden voor een specifieke leerling of een groepje van enkele leerlingen. Deze zorg kan zowel door de leerkracht, de ambulante juf of de zorgcoördinator gegeven worden . De uiteindelijke verantwoordelijkheid blijft wel bij de leerkracht. Dit alles wordt genoteerd in het observatiesysteem zodat we het overzicht kunnen behouden en de evolutie volgen.
Fase 2: Uitbreiding van zorg
Wanneer blijkt dat de gemaakte inspanningen binnen de verhoogde zorg toch niet het gewenste resultaat geven kan er worden overstapt naar de volgende fase, “Uitbreiding van zorg”. In deze fase wordt het CLB betrokken, na toestemming van de ouders.
Binnen deze fase zal het CLB, HGD uitvoeren. Diagnostiek of het uitklaren van mogelijke hypothese staat hier centraal.
In deze fases wordt reeds gekeken om een zorgplan op te stellen.
Na overleg met de verschillende partijen wordt er gekeken hoe we de leerling het beste ondersteunen in de klas.
Binnen deze fase kan er al dan niet een doorverwijzing naar externe dienst plaatsvinden, hierbij denken we aan een revalidatiecentrum, logopedist , kinesist, therapeut enz.
Sinds het schooljaar 2017-2018 kan er ook beroep gedaan worden op het ondersteuningsnetwerk.
Met de scholengemeenschap “Guldenberg” werd er gekozen voor het ondersteuningsnetwerk ZUID.
Voor de kleine types (2-4-6-7) is de keuze vrij en gaan we als school op zoek naar de beste oplossing in functie van het kind.
Fase 3 : Individueel aangepast curriculum
Soms kan het gebeuren dat redelijke aanpassingen wordt overschreden en dat de ontwikkeling , ondanks alle zorg, van het kind weinig tot geen vooruitgang maakt. Wanneer er samen met de verschillende partijen besloten wordt dat we op dit punt staan kan er worden overgestapt naar een IAC.
Er kan dan gekozen worden om over te stappen naar een andere school (BuO) of volgt de leerling een aangepast curriculum.
Takenpakket zorgcoördinator
Begeleiding van kinderen
Het begeleiden van de kinderen heeft het grootste aandeel in het takenpakket van de zorgcoördinator.
Als school kiezen wij hiervoor omdat we op deze manier het beste de voeling met de klas, de leerlingen en leerkracht kunnen behouden. De informatie die hieruit wordt verkregen, krijgt in de andere domeinen (leerkracht – school) verdere vorm.
Ondersteuning van het handelen van de leerkracht
De leerkracht kan met zijn vraag terecht bij de zorgcoördinator en directie. Hiervoor zijn vaste overlegmomenten voorzien voor de volledige klas. Maar tussendoor zijn er mogelijkheden om bepaalde zaken aan te kaarten. Hierbij gaan we samen kijken hoe we bepaalde bezorgdheden kunnen aanpakken.
Daar de zorgcoördinator in de klassen aanwezig is, voor het zorguur , kunnen er tijdens deze momenten ook aspecten worden aangekaart.
Voor leerlingen met een zorgplan streven we ernaar om extra vaste structurele momenten in te bouwen en het zorgplan te evalueren en bij te sturen.
Coördinatie van de zorg op het niveau van de school en scholengemeenschap
Op het vlak van “beleid” wordt deze taak samen met de directie opgenomen. In overleg verfijnen we verder het zorgbeleid op onze school.
Ongeveer 1x maand is er in de scholengemeenschap overleg met alle zorgcoördinatoren. Een moment om onderlinge informatie uit te wisselen. Het is ook een kans om te reflecteren omtrent enkele moeilijke casussen op school.
Contact onderhouden met externe diensten zoals het CLB, revalidatiecentra zorgt ervoor dat er een vlotte afstemming is tussen alle partijen.
Het coördineren van de zorg, plannen van afspraken, het zorgdossier “up to date” houden is de administratieve kant, die wordt opgenomen door de zorgcoördinator.